Opdracht 1A

Je krijgt vier post-its. Schrijf het volgende op:

- Twee prettige ervaringen of gebeurtenissen die je graag wilt onthouden.

- Twee minder prettige (nare) ervaringen of gebeurtenissen die je liever wilt vergeten.

- Plak de vier post-its op de rugzak.

Gebruik voor elke ervaring of gebeurtenis één post-it.

Opdracht 1B

- Kies de post-it met de minst prettige ervaring of gebeurtenis uit en vouw deze dubbel.

- Plak de post-it aan de buitenkant van de deur.

Als de deur wordt dichtgedaan, heb je geen zicht meer op de vervelende ervaring of gebeurtenis. Je hebt hem achter je gelaten: je hebt een deur uit het verleden 'gesloten'.